(het trieste in dit drieste is een wild verhaal,
een kwetterzang vol dwaas getetter
dat op de planken spettert maar al gauw)
het mint. minde. zij meert
niet langer aan die kade. woede
in vreze en bij rechtheid van roede.
maar wie is zij? een ik? de zwoelte van een zucht
in een staafje met standjes en vragen? konijnen verkopen
zich aan eender welke pruim. loyaliteit kan ons bekoren,
de daad snoert de monden. simpel is de ziel.
o schaamteschim, lipzalig
likt het de klanken af
van het verliezerslied:
o spelevaren op het wakke schip
dat teder zij en wreed de vader
te wateren liet.
inputtekst: 1/4/2009

HET
is de prequel op LAIS, de
Geschiedenis van een Verwording
- ‘HET‘ op Google Docs
- alle HET-gedichten hier
- inhoud van HET (tot nu):
- opdracht: onvoltooid verleden tijd