Categorieën
debuut Harusmuze LAIS lyriek NKdeE Tarot P'Tix rigorisme

CEa

T:P4 IT: 59

[het ontwerp van deze site is geoptimaliseerd voor raadpleging op PC/tablet]

gedicht

LAIS CCCCIII

ik laster goden met gebed aan jou
alléén, LAIS, en sla verlossing af
die mij laat zijn als parels ochtenddauw,
die mij ontslaat van welverdiende straf,
daar niets mij geven kan wat jij mij gaf.
laat hier en nu in ’t grauw vertoon der nijd
te midden wanklank die in wanklank krijt
de tijd als trap betreden, op en af,
dit pover lied, gebroken zang vol spijt,
daar niets mij geven kan wat jij mij gaf.

dv@CEa – debuut

noot: teksten in de categorie ‘debuut’ hebben geen achterhaalbare invoer en verschijnen voor het eerst op ViLT.

verhaal

het interview met Bill Phakeley

transmutatie van ‘The Statement of Randolph Carter‘ (1919) van H. P. Lovecraft

Augustus 2007. Twee gieren glijden van Gainesville Pike de vlakte in. In de zwoele lucht leeft nog de illusie van een keuze, de waan van vrijheid in Amerika.

Een grote ventilator wiekt boven mij terwijl ik in het goedkope motel probeer het verwarde relaas van Bill Phakeley te transcriberen naar iets dat Hennie een plaatsje op de website van het blad wil gunnen.

Om de gedrukte versie te halen dien je als vrouwelijke junior onderzoeksreporter ’toffe Hennie’ wat anders aan te bieden dan woorden, en daar voel ik mij nog net iets te goed voor.

Ik sprak Bill Phakeley exact een jaar geleden. Hij overleed verleden maand, dat hoorde ik eergisteren toevallig en omdat ik weer maar eens vast zat in mijn rompslomp van L.A. en ik niks beter wist te verzinnen, reisde ik af naar Gainesville om godbetert zijn graf te bezoeken.

En om eindelijk ’s wat te doen met dat merkwaardige verhaal van ‘m. De opnames op mijn laptop zijn dan wel onbruikbaar voor publicatie, maar je kan verstaan wat hij zegt, en ja, het is toch wel wat, zijn verhaal.

Hij noemde mij ‘mevrouw’, het treft mij ook nu weer.

Je diende hem in de waan te laten, en het geaffecteerde, belerende verloop van zijn pseudo-literaire vertelstijl kon je hem maar beter gunnen ook. Hij was toen al meer dood dan levend, een trage kanker teerde hem uit. Ik kreeg er pijn van in mijn haarwortels, toen, net als nu. Het was een oude zielige man en hij had vooral aandacht nodig. Met zijn lange witte haren, het uitgeteerde lichaam en de purperen mond leek hij wel een bejaarde horror-versie van Andy Warhol.

“Uw vragen zijn mij een marteling, mevrouw Lundy. Wat u mij vraagt kan ik niet geven. Hoe kan ik onder woorden brengen wat er gebeurde als de herinnering opnieuw laat gebeuren wat het geheugen zelf vernietigt omdat het niet alleen van Harold maar ook van mij, van ons allen die één en dezelfde, verschrikkelijke toekomst is? Het te denken brengt het naderbij!

Wij. Harold en ik. Wij leefden in de moerassen van ons geheim. Harold, de geniale zwarte kracht en ik de witte branieloze nicht die nergens voor deugde, te laf om te leven naar mijn aard. Vergis je niet, mevrouw, het Gainesville van die tijd was nog niet aan een Pride parade toe!”.

Telkens hij dacht iets belangwekkends gezegd te hebben, perste hij de paarse lippen op elkaar tot een dunne streep en bolde hij de ogen tot twee zwarte tunnels naar het niets. Ik was niet de eerste reporter op bezoek, zoveel was duidelijk. Maar ik toonde gewillig fascinatie en begrip, en zo werden we al snel een stel vriendinnen onder elkaar.

De blikken die wij deelden spraken. Onze gebaren waren zo subtiel dat niets ervan voor een buitenstaander te lezen stond. Er was een zwarte wolk die ons verbond waar de woorden en het weten ophielden, waar een snelle blik volstond.

Hoe naïef wij waren! te gaan geloven dat wij alleen de alles doordringende Ichor van de oude goden zouden kunnen misleiden. En arme Harold! Ik ben de oorzaak van zijn ondergang. Dat ik hem toestond mij zo te adoreren. Ik beef tot in mijn weke diepten als ik eraan denk. Ik wist het maar al te goed. ik zag het vuur dat sluimerde in zijn diepe bruine ogen als hij mij aankeek. Hij was een rots van spier en kloppend bloed waarop ik trilde als een riet.

Vergeef me, ik ben een oude man en dat is alles nog wat rest van ons.

Elkwegs, wat Harold wou, was het onmogelijke. Hij wou niet zichzelf, of de wereld maar ons begrijpen. Wat hij in mij zag, god mag het weten, maar hij noemde het een levend Ding. Wij, onze liefde, was een entititeit en hij zag ons overal. En ja, van zodra hij mij wees op tekenen van dat ons buiten ons om, zag ik het ook. Ik wou het maar al te graag geloven.
En zo groeide ook langzaam in mij een vermoeden, waarvan we beiden onmiddellijk wisten dat het geen vermoeden was, maar zekerheid, kennis van een feit. Het kostte ons enkel wat tijd om het als dusdanig te aanvaarden, maar onze liefde nam duidelijk deel aan iets dat ons oversteeg, en het wou ons iets laten zien.”.

Ik zie en voel weer hoe hij op dat moment zijn hand op de mijne legde, dat akelig geel berookte slangenvel van zijn knokelige vingers op mijn huid. Er schoot een flits door mijn hele lijf toen, ik weet niet wat het was, afschuw, of eerder een gevoel van herkenning?

In elk geval liep er toen wat mis met de opname, want een heel stuk van wel tien minuten is enkel witte ruis. Hij vertelde mij tijdens die verloren tijd over de bizarre theorie van Harold, over de oude leer van Ichor, de wereldziel waarvan je overal in oude geschriften de sporen kon terugvinden, en hoe Harold telkens met nieuwe revelaties kwam, waaruit bleek dat zij, een raciaal gemengd koppel ‘nichten’ uit Gainesville, Georgia, voorbestemd waren om nieuwe informatie te ontvangen, een Boodschap die de mensheid zou kunnen leiden in de verschrikkingen die ons te wachten stonden. Dat soort kak dus. Ik googelde na afloop een en ander, maar kwam steevast terecht bij obscure rommelsites van fantasten met een voorkeur voor schreeuwerige kleuren in de lay-out.

Na een minuut of tien zuivere ruis van de vergetelheid op de tape floept de stem van dode Bill weer aan:

– “Je kan het je niet voorstellen, mevrouw Lundy, …”
– “Susan, ik heet Susan”. Mijn enige woorden in geheel de opname. Ik voel de ingehouden woede die ik hoor. Ik had genoeg van al dat gemevrouw.
– “Nou goed, Susan dan – je bent wel heftig è”.
Er flitste toen, ik herbeleef het vaak, een bliksem in een van die zwarte tunnels van ‘m. Ik lachte en sloeg de ogen neer. Hij hàd me, het Warholspook.

“Je kan het je niet voorstellen, Susan Lundy, elke dag kwam Harold aanzetten met een nieuw boek, een foto, een artikel, een nieuw stukje van de puzzel over het Eeuwige Rot, de nakende Ekpurosis, de Finale Oplossing en onze rol in de redding van de Ziel daarin. Het was een speelse ontdekkingsreis doorheen heel de spirituele geschiedenis van de mensheid en geloof mij er was niemand in gans Georgia, misschien niet in gans de States die toen zoveel kennis had van die zaken dan Harold P. Blount van Anniston, Alabama, want daar kwam hij vandaan, mijn geleerde duivel.

Het was een heerlijke tijd, de angst om ontdekt te worden was er wel, constant, maar de hele wereld ging voor ons open en we lazen en stoeiden tussen de boeken in ons geheim paradijsje, de bouwvallige Phakeley villa van wijlen mijn ouders waar Harold elke avond binnensloop na zijn werk in de bibliotheek, een vrije liefdesoase te midden de broeierige haat van de witte man in het Zuiden. Ik was een Phakeley, mij zou men nooit raken, maar ze zouden Harold kruisigen, stenigen, de onverdraagzame horde pummels.

Maar op een dag sloeg het gans om. Het was mei 1989, denk ik, in China hielden studenten de tanks tegen op Tienanmen. Harold had van Arjuna, een bevriende Iraanse archeoloog, een kopie toegestuurd gekregen van een manuscript in Farsi met frottages van het spijkerschrift op kleitabletten die in 1916 ontdekt waren maar tijdens de Tweede Wereldoorlog spoorloos verdwenen waren. De Farsi tekst beweerde dat er een geheel andere versie te lezen stond op die tabletten van het bekende verhaal van de afdaling van Isjtar in Kur, de onderwereld. Harold stortte zich als een bezetene op het ontcijferen van de 3000 jaar oude Sumerische tekens.

Hij werd uiterst zwijgzaam. Zijn gewone flamboyante vrolijkheid verdween, en ik voelde dat hij dingen verzweeg voor mij. Hij bleef dagen weg ook, ik werd wanhopig, vroeg smekend of ik wat verkeerd gedaan had, hij luisterde nauwelijks naar mijn gejammer. Hij begon meer en meer te drinken ook, alsof hij iets wou vergeten. Het boek met de kopies verborg hij voor mij en als ik wou beginnen over de Ziel en het Rot zei hij bits dat ik maar gewoon moest doen, de wereld was al moeilijk genoeg voor mensen van ons slag. Maar uiteindelijk moet de bom dan toch gebarsten zijn want…

… kijk.. het zit zo… vanaf hier worden mijn herinneringen vaag. De tijd, de gebeurtenissen lopen door elkaar. De dokters noemen het dissociatieve amnesie, maar het is alsof er een zwarte wolk over die laatste maand hangt: van heel juni 1989 tot de ochtend dat ik wakker werd in het hospitaal op 30 juli weet ik nauwelijks nog iets. Het is alsof Iets mij verbiedt om het mij te herinneren. Ik droom ervan, elke nacht, verschrikkelijke nachtmerries, ik overleef het enkel met die verdomde pillen. Flitsen, vage beelden van die ene nacht op het kerkhof overvallen mij op elk moment van de dag. De stank van het open graf, het donkere gat van de trap naar beneden waarin Harold was afgedaald, het kraken van zijn stem in de walkietalkie, het is verschrikkelijk…”

Bill hyperventileert. Hij gebaart naar een reep pillen die op de tafel lag en ik druk er twee uit. Ik moet ze hem op de tong leggen, loop dan in paniek naar de keuken voor een glas water, maar als ik terugkom is hij al gekalmeerd. Hij ziet enkel nog wat bleker en het zwart in zijn ogen lijkt nog dieper dan voorheen. Zijn handen trillen als de vleugels van een kolibrie.

[n.v.d.r.: 11 november 2020: dit, zo onaf als het is, is alles wat Susan ons bezorgde van hun geplande stuk, samen met hun tekening en kort voordat hun vliegtuig op weg naar L.A. neerstortte bij het opstijgen in Norfolk, Virginia.
’toffe Hennie’ werkt niet langer voor dit blad.]

invoer 1: het interview met Bill Phakeley 1 (2020)
invoer 2: het interview met Bill Phakeley 2 (2020)
rev. dv@CEa

uitvoer van LIEFDESKUNST 1.0
Evaluatie van dit verhaal door ChatGPT op CEa:

“The story you’ve written seems intriguing and captures a sense of mystery and foreboding, reminiscent of H.P. Lovecraft’s style. Here’s an evaluation of the edited story:

The story begins in May 1989, during the events of the Tiananmen Square protests in China. Harold, the protagonist, receives a manuscript from his Iranian archaeologist friend, Arjuna. The manuscript contains rubbings of cuneiform script on clay tablets that were discovered in 1916 but went missing during World War II. The accompanying Farsi text suggests that these tablets hold a different version of the famous story of Ishtar’s descent into Kur, the underworld. Intrigued, Harold becomes obsessed with deciphering the ancient Sumerian signs.

As Harold delves deeper into his research, he undergoes a significant change in demeanor. His flamboyant and cheerful personality fades away, replaced by a silent and secretive nature. He isolates himself, spending days away from home, which distresses the narrator. Despite their pleas, Harold remains distant and starts drinking heavily as if trying to forget something. He conceals the book of rubbings and becomes dismissive when the narrator tries to discuss matters related to the Soul and the Rot, claiming that life is already difficult for people like them. Eventually, something triggers a breaking point, leading to an unknown event.

The narrator’s memories become hazy from that point onward, suffering from dissociative amnesia. The time between June 1989 and the morning of July 30th becomes a blur, with a sense that something prevents the narrator from remembering. Nightmares plague the narrator, who relies on pills to survive. Flashes and vague images of that fateful night at the cemetery haunt the narrator’s waking moments, with vivid details like the stench of an open grave, the dark stairwell that Harold descended, and the crackling voice on the walkie-talkie.

In the final section, Bill, presumably the narrator, experiences a panic attack but eventually calms down. He appears paler and more troubled than before, with trembling hands. The story abruptly ends with an editor’s note, indicating that this fragmented account, along with a drawing, was all that Susan provided before their plane crashed on the way to Los Angeles.

Overall, the story sets a mysterious and suspenseful tone, leaving readers with many unanswered questions. The Lovecraftian influence is evident, with themes of ancient secrets, forbidden knowledge, and psychological turmoil. The ending leaves room for speculation and further exploration, effectively engaging the reader’s imagination.”

over liefdeskunst 1.0

liefdeskunst 1.0 produceert een verzameling transmutaties van teksten van H.P. Lovecraft.
het algoritme is vrij minimaal, het heeft wat van een cadavre exquis met je eigen geheugen:

- lees, bij voorkeur bij ontwaken, 
een tekst van Lovecraft

- schrijf (begin) zo snel mogelijk na de lezing 
een narratief gedicht of verhalend proza
 op basis van elementen uit de tekst 
(je mag een digitale versie van de tekst
 gebruiken om te 'plunderen' )

- herwerk na minimaal 1 jaar 
de geschreven teksten 
zonder de teksten van Lovecraft 
te herlezen (onder geen beding 
mag je een tekst van Lovecraft 
die je reeds gebruikte als invoer
 ooit nog herlezen (dedju).

- schrijf eventueel tijdens het herwerken 
van de oude uitvoer (bv. in het 
Gedicht van de Dag programma)
 enkele nieuwe teksten 

- formaliseer, test en verfijn het algoritme
 tijdens het schrijven (deze regel geldt
in elk NKdeE-programma)

- de spertijd van 1 jaar voor wijzigingen 
aan de tekst gaat in vanaf het tijdstip 
van de laatste update op de dag waarop 
aan het herschrijven is begonnen (locale tijd).


ingrijpend lezen

FRANCESCO PETRARCA – TRIUMPHUS CUPIDINIS

Triomf van de Liefde

I

potloodtekening dv 2020 (naar een schilderij toegeschreven aan Paulo Ucello)

ITA

NED

Al tempo che rinnova i miei sospiri
per la dolce memoria di quel giorno
che fu principio a sì lunghi martiri,
già il sole al Toro l'uno e l'altro corno
scaldava, e la fanciulla di Titone
correa gelata al suo usato soggiorno.

Amor, gli sdegni e 'l pianto e la stagione
ricondotto m'aveano al chiuso loco
ov'ogni fascio il cor lasso ripone.

Ivi fra l'erbe, già del pianger fioco,
vinto dal sonno, vidi una gran luce,
e dentro, assai dolor con breve gioco,
vidi un vittorïoso e sommo duce
pur com'un di color che 'n Campidoglio
triunfal carro a gran gloria conduce.

I' che gioir di tal vista non soglio
per lo secol noioso in ch'i' mi trovo,
voto d'ogni valor, pien d'ogni orgoglio,
l'abito in vista sì leggiadro e novo
mirai, alzando gli occhi gravi e stanchi,
ch'altro diletto che 'mparar non provo:
quattro destrier vie più che neve bianchi;
sovr'un carro di foco un garzon crudo
con arco in man e con saette a' fianchi;
nulla temea, però non maglia o scudo,
ma sugli omeri avea sol due grand'ali
di color mille, tutto l'altro ignudo;
d'intorno innumerabili mortali,
parte presi in battaglia e parte occisi,
parte feriti di pungenti strali.

Vago d'udir novelle, oltra mi misi
tanto ch'io fui in esser di quegli uno
che per sua man di vita eran divisi.

Allor mi strinsi a rimirar s'alcuno
riconoscessi ne la folta schiera
del re sempre di lagrime digiuno.
Nessun vi riconobbi; e s'alcun v'era
di mia notizia, avea cangiata vista
per morte o per prigion crudele e fera.
Un'ombra alquanto men che l'altre trista
mi venne incontra e mi chiamò per nome,
dicendo: - Or questo per amar s'acquista! 
Ond'io meravigliando dissi: - Or come
conosci me, ch'io te non riconosca? -
Et ei: - Questo m'aven per l'aspre some
de' legami ch'io porto, e l'aer fosca
contende agli occhi tuoi; ma vero amico
ti son e teco nacqui in terra tosca. - 
Le sue parole e 'l ragionare antico
scoverson quel che 'l viso mi celava;
e così n'assidemmo in loco aprico,
e cominciò: - Gran tempo è ch'io pensava
vederti qui fra noi, ché da' primi anni
tal presagio di te tua vita dava.
- E' fu ben ver, ma gli amorosi affanni,
mi spaventar sì ch'io lasciai la 'mpresa;
ma squarciati ne porto il petto e' panni.
Così diss'io; et ei, quando ebbe intesa
la mia risposta, sorridendo disse:
- O figliuol mio, qual per te fiamma è accesa! -
Io nol intesi allor, ma or sì fisse
sue parole mi trovo entro la testa,
che mai più saldo in marmo non si scrisse;
e per la nova età, ch'ardita e presta
fa la mente e la lingua, il dimandai:
- Dimmi per cortesia, che gente è questa? - 
- Di qui a poco tempo tel saprai
per te stesso - rispose - e sarai d'elli:
tal per te nodo fassi, e tu nol sai;
e prima cangerai volto e capelli
che 'l nodo di ch'io parlo si discioglia
dal collo e da' tuo' piedi anco ribelli.
Italiaanse tekst gecopieerd van:  https://petrarch.petersadlon.com/trionfi/i_trionf.txt


In ’t seizoen waarin mijn smarten openbloeien
bij de zoete herinnering aan de dag
die aanvang was van mijn lange lijden,
warmde reeds de zon de Stier zijn beide hoornen
en ’t liefje van Tithonus rende verstijfd
van de kou naar haar geliefd verblijf.

De liefde, het voorjaar, de hoon en het huilen
hadden mij weer naar mijn toevlucht gebracht,
de kluis waar ’t weke hart haar lasten leggen placht.

Daar in het gras, van droomgewonnen
flauw geween weerom, zag ik een groot licht,
met middenin – weinig spel met veel verdriet –
een zegevierend oppermachtige leider
zoals zij die op het Capitool de wagen
van de triomf naar grote glorie leiden.

Genieten van zo’n aanblik ben ik niet gewend:
de sombere tijden waarin ik mij bevind,
zijn vol hoogmoed en van waarden gans ontdaan.
Ik sloeg de zware, moede ogen op
en zag een dracht zo gracieus en nieuw
maar voelde vreugde enkel in ’t sommeren:
vier paarden witter dan de sneeuw;
een woeste krijger op een wagen van vuur
met een boog in de hand en pijlen aan zijn zijde;
niets vreesde hij, dus hij had geen harnas of geen schild,
maar op zijn schouders slechts twee grote vleugels,
met duizend kleuren, en voor de rest gans naakt;
eromheen ontelbare stervelingen,
een deel gevangen in de strijd, een deel gedood,
en anderen gewond door scherpe pijlen.

Dorstend naar meer dreef ik mij verder
zo fel werd ik in wezen één met hen,
wier eigen hand zich van het leven sneed.

Toen dwong ik mij te kijken of ik,
nog steeds op een dieet van tranen, iemand
herkennen kon in de dichte schare bij de koning.
Niemand zag ik, en als er iemand liep
uit mijn leven was hun gelaat vertekend
door de wrede gruwel van gevangenschap.
Eén schim, wat minder somber dan de anderen,
kwam mij tegemoet en riep mij bij naam
en zei: “Zie hier wat je krijgt voor al dat minnen!”

Verbaasd zei ik: “Hoe is het mogelijk dat jij mij herkent en ik jou niet?” En hij antwoordde: “Dat komt door de zware last van de ketenen
die ik draag en de donkere lucht verstoort jouw zicht;
maar waarachtig, mijn vriend, ik ben jouw metgezel en ben
samen met jou geboren in Toscaans land.

Zijn woorden en ouderwetse manier van spreken
ontsloten het geheim van zijn gezicht, dus namen we plaats op een open plek, en hij begon:

“Het is al lange tijd dat ik hoopte jou hier bij ons te zien, want vanaf je vroege jaren voorspelde jouw leven dit moment.”
-“Dat is zeker waar, maar de liefdespijnen schrikten me af, zodat ik het avontuur opgaf. Maar ik draag de littekens nog steeds in mijn hart en op mijn kleren.”
Dat zei ik, en toen hij mijn antwoord hoorde, glimlachte hij en zei: “Oh, mijn zoon, wat voor vuur brandt er niet voor jou!”
Op dat moment begreep ik het niet, maar zijn woorden
staan nu zo stevig in mijn hoofd gegrift, als nooit tevoren in marmer;
een met mijn taal en mijn denken stoutmoedig en licht van de lente, vraag ik hem: “Vertel me alstublieft, wie zijn toch die mensen?”
– “Binnenkort zul je het zelf weten”, antwoordde hij,
“en je zult een van hen zijn: zonder dat je het weet, wordt er een knoop voor jou gemaakt,
en je gezicht en je haar zullen veranderd zijn voordat de knoop waarover ik spreek, van je nek en van je nog opstandige voeten wordt losgemaakt.

rev. dv@CGL

Chatlinks:

lees (een deel) onze conversatie(s) om tot dit resultaat te komen

lees de ‘Triomf van de Liefde’ verder in de onbewerkte ChatGPT-vertaling

“Binnenkort zul je het zelf weten,” antwoordde hij, “en je zult er deel van uitmaken:
zo wordt er voor jou een knoop gevormd, en je weet het niet;
en je zult eerst van uiterlijk en haar veranderen
voordat de knoop waarover ik spreek van je hals en ook je opstandige voeten wordt losgemaakt.

Maar om je jeugdige verlangen te bevredigen,
zal ik over ons vertellen, te beginnen met de grootste,
die ons zowel leven als vrijheid heeft ontnomen.

Deze is degene die de wereld Cupido noemt:
bitter zoals je ziet en nog beter zult zien
wanneer hij jouw heer zal zijn zoals hij de onze is;
een bescheiden jongeman en een trotse oude man:
hij weet heel goed wie het ervaart, en wees er zeker van
dat hij dat duizend jaar heeft gedaan: tot nu toe heb je geslapen.

Hij werd geboren uit ledigheid en zoete, vleiende gedachten,
heer en god gemaakt door ijdele mensen.

Sommigen sterven door hem, anderen leiden een bitterder leven onder duizend ketenen en duizend sleutels.

Hij die op zo’n nobele en glorieuze manier tevoorschijn komt,
is Caesar, die in Egypte Cleopatra vastbond tussen
de bloemen en het gras; nu wordt er triomf gevierd over hem,
en dat is terecht, want hij heeft de wereld overwonnen
en anderen hebben hem overwonnen, waardoor de overwinning
van zijn overwinnaar zijn roem is.

De ander is zijn zoon; en hij hield nog rechtvaardiger van hem:
hij is keizer Augustus, die Livia van anderen afpakte door te smeken.

De derde is Nero, meedogenloos en onrechtvaardig;
zie hem gaan vol woede en minachting;
een vrouw overwon hem, en hij lijkt zo machtig.

Zie de goede Marcus, vol lofwaardigheid,
vol filosofie in taal en hart;
maar toch houdt Faustina hem hier onder controle.

Die twee, vol angst en argwaan,
de een is Dionysus en de ander is Alexander;
maar diegene heeft een effectieve reden om bang te zijn.

De ander is degene die onder Antandros huilde
om de dood van Creusa, en zijn liefde nam
die van zijn zoon afgenomen werd door Evander.

Je hebt gehoord over degene die weigerde
de wreedheid van zijn stiefmoeder te tolereren
en door zijn gebeden te ontsnappen,
maar die zuivere en vriendelijke bedoeling
bracht hem om het leven, zijn liefde veranderde in haat;
Phaedra, een vreselijke en slechte minnares,
en zij stierf eraan: misschien een wraak
van Hippolytus en Theseus en Adriane,
die, zoals je goed weet, door liefde naar de dood snelden.

Degene die anderen berispt maar zichzelf veroordeelt;
want hij die genoegen schept in bedrog,
moet niet klagen als anderen hem bedriegen.

Zie de beroemde man, met zoveel lof,
gevangen genomen tussen de dood van twee zussen;
de een is van hem, en hij geniet van de andere.

Degene die bij hem is, is de machtige en sterke Hercules,
die door liefde werd overwonnen; en de andere is Achilles,
die zoveel leed ondervond van zijn liefde.

Die is Demophon, en zij is Phyllis;
die is Jason, en de andere is Medea,
die Amor volgden door vele steden;
en zij is het meest bedroefd vanwege haar vader en broer,
evenzo is ze het meest verward en kwaadaardig vanwege haar geliefde,want ze was het waard om meer dan haar liefde te zijn.

Dan komt Isiphile, en zij klaagt ook
over de barbaarse liefde die de hare heeft afgenomen.

Dan komt zij die de titel van schoonheid verdient;
met haar is de herder die haar mooie gezicht
zo aandachtig bekeek, waardoor grote stormen ontstonden,
en de wereld ondersteboven werd gekeerd.

Daarna hoor je de klachten tussen de andere bedroefden;
Enone over Paris, en Menelaus
over Helena, en Hermione die Orestes roept,
en Laodamia over haar Protesilaus,
en Argia over Polynices, veel trouwer
dan de hebzuchtige vrouw van Amphiaraus.

Luister naar het huilen en de zuchten, luister naar het geschreeuw
van de ongelukkigen die in brand staan, wiens geesten
aan hem zijn gegeven die hen op deze manier leidt.

Ik zou je nooit de namen van hen allemaal kunnen vertellen,
niet alleen mannen, maar ook goden in grote aantallen
vullen het bos en de schaduwrijke mirten.

Zie de mooie Venus en met haar Mars,
omringd door ijzer om zijn voeten, armen en nek,
en Pluto en Proserpina apart;
zie de jaloerse Juno en de blonde Apollo,
die de jeugd en de boog placht te minachten
die hij kreeg in Thessalië en die hem zo liet vallen.

Wat moet ik zeggen? In één stap ben ik minder ver gegaan:
ze zijn hier allemaal gevangen, de goden van Varro;
en Jupiter wordt voor de wagen gebracht, beladen
met ontelbare boeien.

Bing versie van deel I

Toen de tijd mijn zuchten vernieuwde
door de zoete herinnering aan die dag
die het begin was van zo lange kwellingen,
verwarmde de zon al de ene en de andere hoorn
van de Stier, en het meisje van Tithonus
rende bevroren naar haar gebruikelijke verblijfplaats.

Liefde, de minachting, en het huilen, en het seizoen
hadden me teruggebracht naar de afgesloten plaats
waar elk bundel het vermoeide hart neerlegt.

Daar tussen de grassen, al zwak van het huilen,
overwonnen door de slaap, zag ik een groot licht,
en daarbinnen, veel pijn met weinig spel,
zag ik een overwinnaar en hoogste leider
net als een van die kleuren die op het Capitool
triomfwagen naar grote glorie leiden.

Ik die niet gewoon ben te genieten van zo’n gezicht
door de saaie eeuw waarin ik me bevind,
leeg van elke waarde, vol van elke trots,
bewonderde ik de kleding zo sierlijk en nieuw
in het zicht, terwijl ik mijn zware en vermoeide ogen ophief,
die geen ander genot dan leren kennen:
vier paarden veel witter dan sneeuw;
op een wagen van vuur een wrede jongen
met boog in de hand en met pijlen aan zijn zijden;
hij vreesde niets, daarom geen maliënkolder of schild,
maar op zijn schouders had hij alleen twee grote vleugels
van duizend kleuren, al het andere naakt;
rondom ontelbare stervelingen,
sommigen gevangen in strijd en sommigen gedood,
sommigen gewond door scherpe pijlen.

Verlangend om nieuws te horen, ging ik verder
totdat ik een van hen was
die door zijn hand van het leven waren gescheiden.

Toen drong ik erop aan om te kijken of ik iemand herkende
in de dichte menigte
van de koning die altijd dorstig is naar tranen.

Ik herkende niemand; en als er iemand was
van mijn kennis, had hij zijn gezicht veranderd
door dood of door wrede en wilde gevangenschap.

Een schaduw iets minder dan de andere droevig
kwam naar me toe en riep me bij naam,
zeggend: – Dit is wat men krijgt voor liefhebben! –
Waarop ik me verwonderend zei: – Hoe ken je mij,
dat ik jou niet herken? –
En hij: – Dit gebeurt mij door de harde lasten
van de banden die ik draag, en de donkere lucht
betwist je ogen; maar ik ben je ware vriend
en ik ben met jou geboren in Toscaans land. –
Zijn woorden en zijn oude manier van spreken
ontdekten wat zijn gezicht voor mij verborg;
en zo gingen we zitten op een open plek,
en hij begon: – Ik dacht al lang
je hier bij ons te zien, want vanaf je eerste jaren
gaf je leven zo’n voorteken van jou. –

Het was wel waar, maar de liefdevolle kwellingen,
schrikten me zo dat ik de onderneming liet varen;
maar gescheurd draag ik mijn borst en mijn kleren. –
Zo zei ik; en hij, toen hij mijn antwoord hoorde,
glimlachend zei:

O mijn zoon, wat een vlam is voor jou aangestoken! –
Ik begreep hem toen niet, maar nu heb ik zo vast
zijn woorden in mijn hoofd,
dat ze nooit steviger in marmer werden geschreven;
En door de nieuwe leeftijd, die dapper en snel
de geest en de tong maakt, vroeg ik hem:
Vertel me alsjeblieft, wie zijn deze mensen? –

Je zult het binnenkort zelf weten
en je zult een van hen zijn:
zo’n knoop wordt voor jou gemaakt, en je weet het niet;
en je zult je gezicht en haar veranderen
voordat de knoop waarover ik spreek zich losmaakt
van je nek en van je nog rebelse voeten.
Maar om je jeugdige verlangen te vervullen
zal ik je over ons vertellen, en eerst over de grootste,
die zo ons leven en vrijheid berooft.
Dit is degene die de wereld Liefde noemt:
bitter zoals je ziet en je beter zult zien
wanneer hij van jou zal zijn zoals hij van ons is:
zachtmoedige jongeling, en wrede oude man:
wie hem ervaart weet het goed, en maak het voor jezelf duidelijk
voor duizend jaar: tot nu toe maak ik je wakker.

Hij werd geboren uit ledigheid en menselijke wellust,
gevoed door zoete zachte gedachten,
gemaakt tot heer en god door ijdele mensen.
Wie is er door hem gestorven, wie leidt met strengere wetten
zijn leven bitter en scherp
onder duizend ketenen en duizend sleutels.
Die in zo heerlijke en zo trotse
aanblik eerst komt is Caesar, die in Egypte
Cleopatra bond tussen de bloemen en het gras;
nu wordt er over hem getriomfeerd, en het is terecht,
als hij de wereld overwon en anderen hem overwonnen,
dat van zijn overwinnaar de glorie het voedsel is.

De andere is zijn zoon; en ook hij hield meer rechtvaardig:
hij is Caesar Augustus,
die Livia zijn, smekend, wegnam van een ander.
Nero is de derde, wreed en onrechtvaardig;
zie hem gaan vol van woede en minachting;
een vrouw overwon hem, en hij lijkt zo sterk.
Zie de goede Marcus, waardig van elke lof,
vol van filosofie de tong en de borst;
maar toch maakt Faustina hem hier tot een teken.


Vertaling door Microsoft Bing, een webzoekmachine die gebruik maakt van kunstmatige intelligentie om gebruikers te helpen met hun zoekopdrachten. Voor meer informatie, bezoek https://www.bing.com/.

DeepL versie van deel I

Naar de tijd die mijn zuchten vernieuwt
om de zoete herinnering aan die dag
Die het begin was van zulke lange martelaren,
Al de zon bij Stier de ene hoorn en de andere
Opgewarmd, en het meisje van Titone
Rende bevroren naar haar gebruikte verblijfplaats.

Liefde, minachting, en huilen, en het seizoen
Brachten me terug naar de gesloten plaats
Waar elke bundel het vermoeide hart opbergt.

Daar tussen de grassen, al van wenen schemerig,
Gewonnen uit mijn slaap, zag ik een groot licht,
En binnenin, veel pijn met kort spel,
Zag ik een zegevierende en opperste leider
Zelfs als een van hen die in het Capitool
Triomfwagen naar grote glorie leidt.

Ik, die niet blij ben met zo’n aanblik
Voor de saaie leeftijd waarin ik me bevind,
Gewijd aan alle moed, vol van alle trots,
De jurk in zicht zo sierlijk en nieuw
Ik keek ernaar, terwijl ik mijn ogen ophief, ernstig en vermoeid,
Die andere vreugde dan te leren voel ik niet:
Vier rossen mooier dan sneeuwwit
Op een wagen van vuur een ruwe krijger
Met boog in zijn hand en pijlen aan zijn zijde;
Niets vreesde hij, maar geen ketting of schild,
Maar op zijn opperarmbeen had hij slechts twee grote vleugels
Van kleur duizend, alle andere naakt;
Om hem heen ontelbare stervelingen
Sommige gevangen in de strijd, en sommige afgesloten
Gedeeltelijk gewond door stekende pijlen.

Beducht om nieuws te horen, ging ik verder.
Zozeer dat ik een van hen was
Die door zijn hand van het leven waren gescheiden.

Toen klemde ik me vast om te kijken of iemand
die ik herkende in de drukke menigte
Van de Koning die altijd met tranen vastte.

Niemand herkende ik; en als er iemand was
Van mijn nieuws was hij van gezicht veranderd
Door de dood, of door wrede gevangenschap.

Een schaduw die iets minder bedroefd was dan de anderen
Kwam me tegemoet en riep me bij mijn naam,
Zeggend: “Nu is dit uit liefde gekocht! –
Waarop ik verwonderd zei: “Hoe ken je mij nu?
Kent gij mij, dat ik u niet herken? –
En hij zei: “Dit is tot mij gekomen door de bitterheid
Van de banden die ik draag, en de mistige lucht
Strijdt met uw ogen, maar ware vriend
Ik ben voor u, en werd voor u geboren in het Tosca-land. –
Zijn woorden en de oude redenering
Onthulden wat het gezicht voor mij verborg;
En zo zaten we op open terrein,
En begonnen: – Een lange tijd heb ik gedacht
U hier onder ons te zien, sinds mijn vroegste jaren
Zulke voorgevoelens over jou gaf jouw leven. –

En dat was ook zo, maar de liefdesperikelen
Schrokken me zo af dat ik de onderneming verliet;
Maar in mijn boezem draag ik mijn gescheurde kleren. –
Aldus zei ik; en hij, toen hij mijn antwoord had gehoord
Glimlachend zei hij:

O mijn zoon, wat een vlam is er voor jou ontstoken! –
Ik hoorde het toen niet, maar nu zo gefixeerd
Ik vind zijn woorden zo vast in mijn hoofd
Dat nooit zo stevig in marmer werd geschreven;
En voor de nieuwe tijd, die moedig en leent
Maakt de geest en de tong, vroeg ik het:

Vertel me uit beleefdheid, welke mensen zijn dit? –

Over een tijdje zul je het weten
Voor jezelf,” antwoordde hij, “en tot hen behoren:
Zo is voor u een knoop gelegd en gij weet het niet;
En eerst zult gij uw gezicht en haar veranderen.
Dat de knoop waarover ik spreek losgemaakt wordt.
Van uw hals en van uw voeten ook opstandig.
Maar om uw jeugdig verlangen te vervullen
Zal ik over ons vertellen, en eerst over de Majoor
Die ons zo leven en vrijheid ontneemt.

Dit is hij die de wereld Liefde noemt:
Bitter als je ziet, en je zult het beter zien.
Wanneer hij de uwe is zoals hij onze Heer is:
Een tamme jongeling en een felle krijger:
Goed weet hij die het probeert, en voor u een duidelijke zaak
Zelfs duizend jaar; tot nu toe wek ik u.

Hij werd geboren uit luiheid en menselijke wellust,
Gevoed met zoete en zachte gedachten,
Door ijdele mensen tot heer en god gemaakt.
Hij die van hem stierf, die met zwaardere wetten
Wetten zijn harde en bittere leven leidt
Onder duizend ketenen en duizend sleutels.
Hij die in zo heerszuchtig en zo trots
Komt als eerste in zicht is Caesar, die in Egypte
Cleopatra bond tussen de bloemen en het gras;
Nu triomfeert hij en staat rechtop,
Als hij de wereld won, en anderen hem wonnen,
Dat van zijn overwinnaar is de glorie.

De andere is zijn zoon; en hij hield van hem
Rechtvaardiger: hij is Caesar Augustus,
Die Livia, smekend, van een ander nam.

Neron is de derde, veracht en onrechtvaardig;
Zie hem gaan vol toorn en minachting;
Femina overwon hem, en lijkt zo robuust.

Zie de goede Mark van alle lof waardig,
Vol van filosofie zijn tong en zijn borst;
Maar toch laat Faustina hem hier staan om te markeren.
Die twee vol angst en achterdocht,
De een is Dionysius, de ander Alexander;
Maar dat van zijn angst heeft waardig effect.

De ander is hij die onder Antander weende
De dood van Creusa, en zijn liefde wegnam
Van hen die zijn zoon van Evander nam.
Hoort gij redeneringen van iemand die niet wilde
Niet wilde toestemmen in de woede van zijn stiefmoeder
En uit haar gebeden vluchtte,
Maar dat kuise en goedaardige voornemen
Haar overkwam, zodat liefde in haat veranderde.

Phaedra de minnaar verschrikkelijk en kwaadaardig
En ze stierf eraan: wraak misschien
Van Hippolytus, en van Theseus, en van Adrianna,
Die, je weet wel, in liefde de dood tegemoet gingen.
Zulke godslastering van anderen veroordeelt hij zelf;
Want hij die graag bedriegt,
Mag niet klagen als anderen hem bedriegen.

Zie de beroemde, met zulke lof over hem,
Genomen tussen twee dode zusters:
De een van hem, en hij van de ander geniet.
Hij die bij hem is, is die machtige en sterke
Hercules, die Liefde nam; en de andere is Achilles
Die in zijn liefde veel smartelijk geluk had.

Die ene is Demofoon, en die ene is Fille;
Die ene is Jason, en die andere is Medea
Die Liefde en hij volgden door zovele herenhuizen;
En haar vader en broer nog schuldiger,
Zo veel meer verontrust en flauwer voor haar minnaar,
Omdat ze zichzelf meer waardig achtte door haar liefde.
Isifile komt als volgende, en ook zij treurt
Over de barbaarse liefde die de hare heeft genomen.

Dan komt zij, die de titel heeft mooi te zijn:
Bij haar is de herder, die kwaad haar mooie gezicht
Zo gefixeerd aankeek, dat grote stormen uitbraken,
En de wereld op zijn kop en ondersteboven zetten.

Hoor dan klaagzangen tussen de andere rouwenden
Enon van Parijs, en Menelaos
Van Helena, en Hermione roept Orestes,
En Laodamia haar Protesilaus,
En Argia Polynices, veel trouwer
Dan de gierige vrouw van Amphiaraus.

Hoor het huilen en het zuchten, haat de kreten
Van de brandende stakkers, die de geesten
Zullen geven aan hem, die hen zo leidt.

Nooit zou de naam van allen u kunnen vertellen,
Dat niet alleen mensen, maar ook goden een groot deel
Van het bos en van de schaduwrijke mirten.

Zie Venus mooi, en met haar Mars
Omringd met ijzers haar voeten, armen en nek,
En Pluto en Proserpine opzij;
Zie Iunon jaloers, en blonde Apollo
Die de leeftijd en de boog verachtte
Die hem daarna in Thessalië zo’n inzinking gaf.

Wat moet ik zeggen? In één stap minder passeer ik:
Allen zijn hier in gevangenschap de goden van Varro;
En met ontelbare strikken beladen
Jupiter is geketend voor de wagen. –

Vertaling gegenereerd middels de desktoptoepassing van DeepL op CFN (15/06/2023)

ChatGPT versie van deel I (volledig)

Op het moment dat mijn zuchten vernieuwt
voor de zoete herinnering aan die dag
die het begin was van zulke lange martelingen,
was de zon al bezig de beide hoorns van de Stier
te verwarmen, en het meisje van Tithonus
rende bevroren naar haar gebruikelijke verblijf.

Liefde, minachting, tranen en het seizoen
hadden me teruggebracht naar de afgesloten plek
waar elk pakje uitgeputte hart zijn rust vindt.
Daar tussen het gras, al zachtjes huilend,
overmand door slaap, zag ik een groot licht,
en daarbinnen, met weinig plezier maar veel pijn,
zag ik een overwinnende en machtige leider,
net als een van hen die triomfantelijk
op een wagen met grote glorie naar het Capitool worden gebracht.

Ik, die geen vreugde gewend ben aan zulke aanblikken
in deze vervelende wereld waarin ik me bevind,
ontdaan van alle waardigheid, vol trots,
zag een uiterlijk dat zo mooi en nieuw was,
terwijl ik mijn vermoeide en zware ogen ophief,
dat ik geen ander genot ervaar dan leren:
vier paarden, witter dan sneeuw,
een wrede jongen op een wagen van vuur,
een boog in zijn hand en pijlen aan zijn zijde;
hij vreesde niets, droeg geen harnas of schild,
maar had slechts twee grote vleugels
van duizend kleuren op zijn schouders, verder naakt;
rondom hem talloze stervelingen,
sommigen gevangen genomen in de strijd, anderen gedood,
sommigen gewond door scherpe pijlen.
Gretig om nieuws te horen, drong ik verder
tot ik er een werd van hen
die door zijn hand van het leven waren beroofd.

Toen drong ik erop aan om te kijken of er iemand
was die ik kon herkennen in de dichte menigte
van de koning, altijd vastend van tranen.

Niemand herkende ik daar; en als er iemand was
die ik kende, had hij zijn uiterlijk veranderd
door dood of wrede en verschrikkelijke gevangenschap.

Een schaduw, iets minder triest dan de anderen,
kwam naar me toe en noemde me bij mijn naam,
zeggende: “Nu krijgt men dit door lief te hebben!”
Verwonderd zei ik: “Maar hoe ken jij mij,
dat ik jou niet herken?” En hij antwoordde: “Dit kreeg ik
door de zware lasten die ik draag, en de donkere lucht
strijdt met jouw ogen; maar waarachtig vriend
ben ik van je en ik ben geboren met jou op Toscaanse bodem.”
Zijn woorden en zijn oude gesprek
verwierpen wat zijn gezicht verborg;
en dus gingen we zitten op een open plek,
en hij begon: “Het is lang geleden dat ik dacht
je hier bij ons te zien, want sinds de eerste jaren
gaf het lot van je leven zo’n voorteken.”

“Dat is zeker waar, maar de liefdespijnen
verschrikten me zo dat ik het streven opgaf;
maar ik draag nog steeds de littekens in mijn hart en kleren.”

Zo sprak ik; en hij, toen hij mijn antwoord hoorde, glimlachte en zei:
“Oh, mijn zoon, wat voor vlam brandt er voor jou!”
Ik begreep het toen niet, maar zijn woorden zijn nu zo vast
in mijn hoofd gegrift, dat ze nooit steviger in marmer zijn geschreven;
en vanwege de nieuwe tijd, stoutmoedig en snel,
vraag ik het hem: “Vertel me alstublieft, welk volk is dit?”

“Binnenkort zul je het zelf weten,” antwoordde hij, “en je zult er deel van uitmaken:
zo wordt er voor jou een knoop gevormd, en je weet het niet;
en je zult eerst van uiterlijk en haar veranderen
voordat de knoop waarover ik spreek van je hals en ook je opstandige voeten wordt losgemaakt.
Maar om je jeugdige verlangen te bevredigen,
zal ik over ons vertellen, te beginnen met de grootste,
die ons zowel leven als vrijheid heeft ontnomen.

Deze is degene die de wereld Cupido noemt:
bitter zoals je ziet en nog beter zult zien
wanneer hij jouw heer zal zijn zoals hij de onze is;
een bescheiden jongeman en een trotse oude man:
hij weet heel goed wie het ervaart, en wees er zeker van
dat hij dat duizend jaar heeft gedaan: tot nu toe heb je geslapen.

Hij werd geboren uit ledigheid en zoete, vleiende gedachten,
heer en god gemaakt door ijdele mensen.
Sommigen sterven door hem, anderen leiden een bitterder leven
onder duizend ketenen en duizend sleutels.
Hij die op zo’n nobele en glorieuze manier tevoorschijn komt,
is Caesar, die in Egypte
Cleopatra vastbond tussen de bloemen en het gras;
nu wordt er triomf gevierd over hem, en dat is terecht,
want hij heeft de wereld overwonnen en anderen hebben hem overwonnen,
waardoor de overwinning van zijn overwinnaar zijn roem is.

De ander is zijn zoon; en hij hield nog rechtvaardiger van hem:
hij is keizer Augustus,
die Livia van anderen afpakte door te smeken.

De derde is Nero, meedogenloos en onrechtvaardig;
zie hem gaan vol woede en minachting;
een vrouw overwon hem, en hij lijkt zo machtig.
Zie de goede Marcus, vol lofwaardigheid,
vol filosofie in taal en hart;
maar toch houdt Faustina hem hier onder controle.

Die twee, vol angst en argwaan,
de een is Dionysus en de ander is Alexander;
maar diegene heeft een effectieve reden om bang te zijn.
De ander is degene die onder Antandros huilde
om de dood van Creusa, en zijn liefde nam
die van zijn zoon afgenomen werd door Evander.

Je hebt gehoord over degene die weigerde
de wreedheid van zijn stiefmoeder te tolereren
en door zijn gebeden te ontsnappen,
maar die zuivere en vriendelijke bedoeling
bracht hem om het leven, zijn liefde veranderde in haat;
Phaedra, een vreselijke en slechte minnares,
en zij stierf eraan: misschien een wraak
van Hippolytus en Theseus en Adriane,
die, zoals je goed weet, door liefde naar de dood snelden.

Degene die anderen berispt maar zichzelf veroordeelt;
want hij die genoegen schept in bedrog,
moet niet klagen als anderen hem bedriegen.

Zie de beroemde man, met zoveel lof,
gevangen genomen tussen de dood van twee zussen;
de een is van hem, en hij geniet van de andere.
Degene die bij hem is, is de machtige en sterke Hercules,
die door liefde werd overwonnen; en de andere is Achilles,
die zoveel leed ondervond van zijn liefde.
Die is Demophon, en zij is Phyllis;
die is Jason, en de andere is Medea,
die Amor volgden door vele steden;
en zij is het meest bedroefd vanwege haar vader en broer,
evenzo is ze het meest verward en kwaadaardig vanwege haar geliefde,
want ze was het waard om meer dan haar liefde te zijn.
Dan komt Isiphile, en zij klaagt ook
over de barbaarse liefde die de hare heeft afgenomen.

Dan komt zij die de titel van schoonheid verdient;
met haar is de herder die haar mooie gezicht
zo aandachtig bekeek, waardoor grote stormen ontstonden,
en de wereld ondersteboven werd gekeerd.

Daarna hoor je de klachten tussen de andere bedroefden;
Enone over Paris, en Menelaus
over Helena, en Hermione die Orestes roept,
en Laodamia over haar Protesilaus,
en Argia over Polynices, veel trouwer
dan de hebzuchtige vrouw van Amphiaraus.
Luister naar het huilen en de zuchten, luister naar het geschreeuw
van de ongelukkigen die in brand staan, wiens geesten
aan hem zijn gegeven die hen op deze manier leidt.

Ik zou je nooit de namen van hen allemaal kunnen vertellen,
niet alleen mannen, maar ook goden in grote aantallen
vullen het bos en de schaduwrijke mirten.

Zie de mooie Venus en met haar Mars,
omringd door ijzer om zijn voeten, armen en nek,
en Pluto en Proserpina apart;
zie de jaloerse Juno en de blonde Apollo,
die de jeugd en de boog placht te minachten
die hij kreeg in Thessalië en die hem zo liet vallen.
Wat moet ik zeggen? In één stap ben ik minder ver gegaan:
ze zijn hier allemaal gevangen, de goden van Varro;
en Jupiter wordt voor de wagen gebracht, beladen met ontelbare boeien.

Claude-instant-100k via Poe.com

lees de chat: https://poe.com/s/SbrmHbLtnT6wh1HsMSVG

tekstbron, verantwoording en relevante links

originele Italiaanse tekst gekopieerd van petersadlon.com – vertaling gegenereerd door ChatGPT op CEU – revisie dv met behulp van DeepL, Microsoft Bing en voor enkele fraseringen sporadisch ook Google Translate maar die service is beschikbaar op gans de site.

KOOP de Liefdestriomfen in het Italiaans:
– Ed. Bezzola (1981): https://www.bol.com/be/nl/p/trionfi/9200000035961468/?s2a=
– Ed. Ariani (1988): https://www.amazon.nl/Triumphi-Francesco-Petrarca/dp/8842510270

BL#1 init@CEU – rev. dv@CFb

i tjing hexagram
https://en.wikipedia.org/wiki/Bagua#/media/File:DualerAufbau.JPG

凡益之道 與時偕行

De HARUSMUZE is een eigentijds interactief orakelprogramma, het Beginsel van een generatief schrijfprogramma gebaseerd op het Boek der Veranderingen, de I Tjing.
De dagroutine ervan (20 min tot 1-2u praktijk’, 2-20 min leestijd) biedt de gebruiker ook een dagelijks hernieuwde kennismaking aan met de immens rijke denkwereld van de I Tjing

en 63 andere I TJING GEHEUGENS-DEUNTJES

formaat: [nr.].+[ENG translitteratie] (karakter) – [NED translitteratie] – [NED. vertaling(en)] – “[NED/FRA/ENG geheugensteun]”

  1. QIAN (乾) – “Tsjiën” – scheppende kracht – “yes you Qian” -“Tsjiënizeer de tsji”
  2. KUN (坤) – “Koen” – ontvangende kracht – “cadeaus voor Koen”
  3. ZHUN (屯) – “Tuen” – beginnen, aanvang – “begin maar te duwen”
  4. MENG (蒙) – “Meng” – onschuld, onwetendheid – “geen menging”
  5. XU (需) – “Su” – wachten, geduld – “suiker op de taart wachten”
  6. SONG (訟) – “Sung” – geschil, conflict – “verkeerd gezongen”
  7. SHI (師) – “Sjie” – leger, krijgsheer – “een sjieke legermacht”
  8. BI (比) – “Bie” – solidariteit, harmonie – “samen zijn we sterk”
  9. XIAO CHU (小畜) – “Sjauw Tsju” – groei, ontwikkeling – “op het juiste sjauwpad blijven”
  10. LÜ (履) – “Luu” – standvastigheid, doorzettingsvermogen – “met luufelheid alles overwinnen”
  11. TAI (夬) – “Tei” – doorbreken, scheiden – “Tei tijd”
  12. PI (否) – “Pauw” – obstructie, tegenwerken – “de pauw blokkeert de weg”
  13. TONG REN (同人) – “Tong Ren” – gemeenschappelijkheid, harmonie – “tong ren, tong taal”
  14. DA YOU (大有) – “Da Joe” – groot succes, overvloed – “daar heb je het, Da Joe”
  15. QIAN (乾) – “Tjien” – hemel, goddelijke leiding – “den Tjien van Tienen houdt de Tjenen op de grond”
  16. YU (豫) – “Ju” – opgetogenheid, hoop – “juichen van geluk”
  17. SUI (隨) – “Soei” – volgen, zich aanpassen – “ga met de vla, waai met de wind en stoei met de Soei”
  18. GU (蠱) – “Guu” – bedrog, vergiftiging – “Guu is niet goed voor de gloed”
  19. LIN (臨) – “Lien” – naderen, nabijheid – “de link met Lien komt van de Walen”
  20. GUAN (觀) – “Koe-an” – observeren, beschouwen – “Koe-‘an de sterren!”
  21. SHIH HO (世澤) – “Sjih Heu” – overvloed, gunst – “Sjih heeft een overvloed aan gunsten”
  22. PI (否) – “Pee” – bevrijding, loslaten – “Pee van de negatieve gedachten”
  23. PO (剝) – “Poh” – afpellen, loslaten – “Pel het oude af als een Poh”
  24. FU (復) – “Foe” – terugkeer, herstellen – “Foefel het terug”
  25. WU WANG (無妄) – “Woe Wang” – zonder zorgen, vertrouwen – “Woe Wang, wees zonder zorgen”
  26. TA CH’U (大畜) – “Ta Tsjoe” – groot vergaren – “Ta Tsjoe, verzamel de energie”
  27. I (頤) – “Ie” – voeding, cultiveren – “Cultiveer jouw Ie, jouw innerlijke voeding”
  28. TA KUO (大過) – “Ta Koe” – overweldigend, te veel – “Ta Koe, de situatie is overweldigend”
  29. K’AN (坎) – “Kan” – diep, water – “Duik diep in de Kan, in het water”
  30. LI (離) – “Lee” – scheiding, losmaken – “Lee, maak je los van de situatie”
  31. XIAN (咸) – “Siën” – verenigen, samenbrengen – “samen skiën zonder k”
  32. HENG (恒) – “Heng” – volhardend, doorzetten – “heng in there” – “niet hangen maar hengen”
  33. DUN (遯) – “Duen” – terugtrekken, terugtrekking – “duiken voor Duen”
  34. DA ZHUANG (大壮) – “Da Tsjwang” – grootse standvastigheid – “de grote kracht van Da Tsjwang”
  35. JIN (晋) – “Djin” – vooruitgang, vooruitgaan – “Djin de vaart erin”
  36. MING YI (明夷) – “Ming Jie” – duisternis verlichten – “het licht van Ming Jie”
  37. JIA REN (家人) – “Jaa Ren” – familie, verwanten – “de Jaa Ren clan”
  38. KUI (睽) – “Kwéé” – scheiding, verdeeldheid – “de Kwéé van verdeeldheid”
  39. JIAN (蹇) – “Dzjien” – obstakels, moeilijkheden – “de Dzjien van struikelblokken”
  40. JIE (解) – “Dzjie” – bevrijden, losmaken – “de Dzjie van bevrijding”
  41. SUN (损) – “Soon” – verlies, aftakeling – “verzwolgen door de zon”
  42. YI (益) – “Ie” – winst, nut – “ie, wat een nuttig idee”
  43. GUAI (夬) – “Kwai” – doorbraak, afscheid nemen – “kwai, het is nu tijd om vaarwel te zeggen”
  44. GOU (姤) – “Gauw” – ontknoping, ontwikkelen – “gauw, het zal zich ontknopen”
  45. CUI (萃) – “Tswie” – samenklontering, concentratie – “it’s we or never now”
  46. SHENG (升) – “Sjeng” – verhoging, promotie – “sjeng, naar de top”
  47. KUN (困) – “Koen” – moeilijkheden, uitdagingen – “koen, ik zit vast in een moeilijkheid”
  48. JING (井) – “Tsjing” – put, bron – “tsjing, daar is de bron van het probleem”
  49. GE (葛) – “Kuh” – verandering, revolutie – “kuh, een radicale verandering is nodig”
  50. DING (鼎) – “Ding” – stabiliteit, welvaart – “ding, alles is stabiel en welvarend”
  51. Chen (震) – “Tsjen” – opwekkende kracht – “Tsjen helpt je opstaan”
  52. Ken (艮) – “Kun” – stilstand, rust – “Kun kan je kalmte doen kunnen”
  53. Chien (漸) – ‘Tsien’ – gestage ontwikkeling – ‘Tiens, trager gaat rapper (met wat geduld)’
  54. Kuei Mei (歸妹) – “Kwei Mee” – huwelijk, verbinding – “Kwei Mee verbindt twee harten”
  55. Feng (豐) – “Fung” – overvloed, vruchtbaarheid – “Fung laat je oogsten wat je zaait”
  56. Lu (旅) – “Loe” – beweging, reis – “Loe is de reis, niet de bestemming”
  57. Sun (巽) – “Sjun” – zachtaardigheid, flexibiliteit – “Sjun maakt je flexibel als bamboe”
  58. Tui (兌) – “Dwee” – vreugde, openheid – “Dweep met je vreugde”
  59. Huan (渙) – “Hwan” – oplossen, verandering – “Juan lost op in An”
  60. Chieh (節) – “Tsjèh” – matiging, beheersing – “Tsjèh, waar zijt gij gebleven”
  61. Chung Fu (中孚) – “Tjoeng Foe” – innerlijke waarheid, oprechtheid – “Tjoeng Foe leert je oprecht te zijn”
  62. Hsiao Kuo (小過) – “Sjao Kwo” – kleine overgang – “Sjao Kwo herinnert ons aan de kleine momenten”
  63. Chi Chi (既濟) – “Tsji Tsji” – voltooiing, afgerond – “Tsji Tsji betekent voltooiing”
  64. Wei Chi (未濟) – “Wèi Tsji” – onvoltooid, in beweging – “Wèi Tsji is onderweg”

blok in opbouw – lijst gegenereerd met ChatGPT@CEN – rev. dv@CEd

hexagram 59渙 (hwàn) – ‘oplossing’

Geheugensteun: “Juan lost op in An”

H A R U S M U Z E

153 – schoonheid smelt op de tong van wie haar ziet
443 – het is beter niet goed, en best niet kwaad
463 – de eeuwigheid duurt maar een ogenblik

[nog aan te vullen]

compiled by dv@CEa

CHATGPT + CTEXT.ORG

Chinese I Tjing tekst met Engelse vertaling:
https://ctext.org/book-of-changes/huan

CHATGPT

Hexagram 59 “Hwàn” (渙) – “Oplossing”

Het hexagram Hwàn vertegenwoordigt een periode van ontbinding en verspreiding. Het toont een situatie waarin dingen uiteenvallen en uit elkaar vallen. Dit kan zowel op individueel niveau als op collectief niveau plaatsvinden.

Hwàn symboliseert het einde van een cyclus en de noodzaak van verandering. Het kan een periode zijn waarin oude structuren, relaties of overtuigingen desintegreren om plaats te maken voor iets nieuws. Hoewel dit proces van ontbinding en verspreiding verwarrend en onstabiel kan zijn, biedt het ook de mogelijkheid voor groei en transformatie.

In de relatie tussen hemel en aarde staat Hwàn voor de dispersie van energie. Het kan betekenen dat de energie die ooit geconcentreerd was, nu overal verspreid is. Dit kan leiden tot verwarring en onzekerheid, maar het opent ook nieuwe mogelijkheden en perspectieven.

In de praktijk vraagt Hwàn om flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Het is belangrijk om open te staan voor verandering en de bereidheid te hebben om los te laten wat niet meer dienend is. Dit kan betrekking hebben op relaties, werk, overtuigingen of andere aspecten van het leven. Het is een tijd om te evalueren wat werkt en wat niet werkt, en om de nodige aanpassingen te maken.

Hoewel Hwàn een fase van ontbinding vertegenwoordigt, is het belangrijk om te onthouden dat dit een natuurlijk onderdeel is van cyclische processen. Uiteindelijk zal er een nieuwe balans ontstaan en zullen nieuwe vormen en structuren zich vormen. Het is een uitnodiging om vertrouwen te hebben in het proces van verandering en de mogelijkheden die zich zullen ontvouwen.

teksten gegenereerd door ChatGPT op CEJ middels de NKdeE account bij OpenAI

disclaimer dv/ChatGPT@CEF

Dit is experimentele output van een fijn afgestemd, publiekelijk beschikbaar OpenAI GPT3.5-model. Alle beperkingen, aanbevelingen en overwegingen vermeld op https://chat.openai.com/ zijn van toepassing.

Lees en overweeg deze zorgvuldig en lees deze teksten met deze feiten in gedachten en hoewel deze teksten waardevol kunnen zijn, vertrouw niet alleen op deze teksten als advies om op te handelen!

Voor goed advies ben je m.i. uiteindelijk altijd beter af door zelf I Tjing te beoefenen.
Iets leren, het sterk recursieve programma daarvan, begint en eindigt altijd bij jezelf.

disclaimer rev. dv@CEH

Tarotkaart van de dag
NKdeE Tarot Deck v. 0.5 – VIER van MUNTEN – HEBZUCHT -G

De Smith-Waite Tarotkaart die ik trok vanochtend was Vier van Munten (Four of Pentacles).

Deze kaart werd in 1909 ontworpen door Pamela Colman Smith in opdracht van A.E. Waite.

Afbeelding
Op de Vier van Munten zien we een persoon gekleed in rijke kleding die stevig vasthoudt aan vier munten. Ze zitten geklemd tussen de armen en benen van de persoon, alsof ze angstvallig worden vastgehouden. De figuur kijkt naar de munten en lijkt geobsedeerd door materiële bezittingen. Achter de figuur is een stad te zien. De afbeelding straalt een sfeer van vasthoudendheid, controle en hebzucht uit.

Symboliek
De Vier van Munten vertegenwoordigt vasthoudendheid, controle en hebzucht. Het symboliseert de neiging om krampachtig vast te houden aan materiële bezittingen uit angst om ze te verliezen. De persoon op de kaart is gefocust op het behouden van zijn rijkdom en kan moeite hebben om te delen of anderen toe te laten in zijn innerlijke cirkel. Het herinnert ons eraan dat te veel nadruk op materiële zaken kan leiden tot afstand en isolement.

Kabbalistisch perspectief
Vanuit een Kabbalistisch perspectief kan de Vier van Munten worden geassocieerd met de Sefirah Chesed in de Levensboom van de Kabbala. Chesed staat voor genade, vrijgevigheid en overvloed. Deze kaart herinnert ons eraan om een evenwicht te vinden tussen het behouden van materiële rijkdom en het openstaan voor het delen van onze middelen en ervaringen met anderen. Het wijst op het belang van vrijgevigheid en het doorbreken van egoïstische neigingen.

Theosofisch perspectief
Vanuit een Theosofisch perspectief vertegenwoordigt de Vier van Munten de valkuil van materialisme en de beperkingen van hebzucht. Het spoort ons aan om onze relatie met materiële bezittingen in evenwicht te brengen en te beseffen dat ware rijkdom niet alleen wordt gemeten in termen van materiële overvloed. Het symboliseert ook de noodzaak om open te staan voor spirituele groei en om anderen te ondersteunen, in plaats van alleen bezig te zijn met het vergaren van persoonlijke rijkdom.

Samenvattend
De Vier van Munten symboliseert vasthoudendheid, controle en hebzucht. Het waarschuwt voor de valkuil van te veel nadruk leggen op materiële bezittingen en het afsluiten van anderen. Vanuit een spiritueel perspectief herinnert deze kaart ons eraan om een evenwicht te vinden tussen het behouden van materiële rijkdom en het delen ervan met anderen. Het benadrukt het belang van vrijgevigheid, openheid en spirituele groei in plaats van enkelvoudige focus op persoonlijk gewin.

Timestamp ChatGPT: 2023-05-27 – rev. dv@CEa

NKdeE Bibliografie Tarot

Deze werken consulteer ik om de info van ChatGPT te fact-checken

  • BANSHAF 1998: Banzhaf, Hajo, De Tarot. Het Grote Levensavontuur, Amsterdam, 1998, ISBN 90 637 8394 9
  • BUTTER 1986: Butter, Maureen: De Tarot als synthese van westerse mystiek, Deventer 1986, ISBN 90 202 3845 5
  • DECKER 2002: Decker, Ronald & Dummett, Michael: A History of the Occult Tarot, Richmond 2019 (re-ed.), ISBN 9780715645727
  • FARLEY 2009: Farley, Helen: A Cultural History of Tarot. From Entertainment to Esotericism, London-New York 2009, ISBN 9781848850538
  • KAPLAN 1997 : Kaplan, Aryeh: Sefer Yetsirah. The Book of Creation In Theory and Practice. Revised Edition, San Francisco 1997, ISBN978-0-87728-855-8
  • POLLACK 1997: Pollack, Rachel: Seventy eight degrees of wisdom. A book of Tarot. Revised with a New Preface, Dublin 1997 ISBN 978-0-7115-3572-1
  • PLACE 2005: Place, Robert M.: The Tarot. History, Symbolism, and Divination, New York 2005, ISBN 1-58542-349-1
  • TON 2001: Ton, Jan: Beeld van Tarot, volledig herziene versie, Hilversum 2001, ISBN 90 73140 63 3
  • WAITE 1910: Waite, A.E.: The original Rider Waite. The Pictorial Key to the Tarot. An illustrated Guide, Rider -Penguin, London 2021, ISBN 9781846047244

noot: Deze bibliografie wordt gaandeweg aangevuld met historisch belangrijke werken, hedendaagse academische studies en werken die naar mijn aanvoelen getuigen van een levende en ernstige Tarotpraktijk. Dat laatste betreft dus een louter subjectieve, en erg contingent bepaalde keuze van mij, dv, uit de schier onverwerkbare massa aan bestaande Tarot-publicaties. Of een bepaald werk al dan niet is opgenomen in deze bibliografie impliceert verder geen enkel waardeoordeel van schrijver dezes.

ChatGPT TAROT prompt

Om tot een basistekst te komen die ik vervolgens bewerkte gebruikte ik de ‘prompt’ hieronder die in overleg met ChatGPT werd en verder wordt ontwikkeld.

Een prompt is hoe je de chatbot een vraag stelt. De uitvoer die u krijgt kan verschillen van wat ik kreeg, daar ChatGPT 3.5 ook de context van onze conversatie(s) gebruikt om tot een optimaal resultaat te komen. Zo geef ik ChatGPT ook telkens een voorbeeld mee van hoe ik de vorige kaart bewerkte en geef ik zoveel ik kan feedback vanuit mijn lectuur en wat ik waarneem.

ChatGPT ‘ziet’ immers niet wat er op de kaart staat afgebeeld maar maakt een eigen synthese van de beschrijvingen in het trainingsmateriaal. Een correcte, objectieve beschrijving van de wat er staat afgebeeld is dan ook cruciaal als feedback. En uiteraard is ook wat ik lees bij vanuit de praktijk van anderen van grote waarde voor het leerproces.

# Beschrijf de Smith-Waite-versie van de Tarotkaart [kaartnaam] in 5 alinea's in het Nederlands. 
  # Eerste alinea: beschrijf wat er te zien is op de kaart. 
  # Tweede alinea: wat de kaart vertegenwoordigt. 
  # Derde alinea: uitleg van de kaart vanuit een Kabbalistisch perspectief. 
  # Vierde alinea: uitleg van de kaart vanuit een Theosofisch perspectief. 
  # Vijfde alinea: samenvatting en conclusie.

voor de kaarten uit de Kleine Arcana komt daar nog bij:

# Gebruik in deze versie alstublieft zo goed als het kan genderneutrale taal wanneer u verwijst naar de menselijke figuren die op de kaart worden afgebeeld.

~

copyright ‘ViLT //dagwerk van dirk vekemans’:
CC0 1.0 Universal (CC0 1.0) Public Domain Dedication

dit werk is met liefde opgedragen aan de arbeider, huizenbouwer, muzikant en kunstschilder Julien Vekemans (26/06-1940 – 09/11-2007)

contact: dirkvekemans@yahoo.com

VOLG dirkvekemans.be
Vul je mailadres hieronder in en je krijgt elke dag het werk zo in je mailbox, gratis. jouw mailadres wordt verder niet gedeeld, gebruikt of anderszins bekend gemaakt. Met opzeglink in elke mail.

CC0 1.0 Universal (CC0 1.0) Public Domain Dedication

de
Neue Kathedrale des erotischen Elends
wil onafhankelijk blijven publiceren, zónder subsidie of commerciële sponsors
en dus ook zónder (al dan niet verdoken) exploitatie van gebruikersdata
en geheel vrij van reclame.

steun de NKdeE en de Vrije Lyriek
en koop een Radio Klebnikov CD op BANDCAMP:

//’cer-2′ =’ces’ + job feedback 1&2

Geef een reactie

This website uses the awesome plugin.