zon. het zadel is een zadel op een houten paard. de teugels
hangen slap te bengelen. kermis: de aarde draait. het zit
als triomfator en de overwinning is gebaar. wees allen
gezegend. het weet nog hoe de takken het omarmden. dat
was dat, dit is hier. de schedel draagt laurier. droog
bengelen verbeelde blaadjes aan de twijgen. zie, zo: het
is op, het ligt naast zijn vader, een prop belet de mond
het zwarte gapen. dood is alles wat wijik en u. het wijgevoel! herinnert u zich dat nog? toen iedereen in je buurt dezelfde boeken en kranten las, naar dezelfde tv-programma's keek (er waren er maar een stuk of 4 waar je kon naar kijken, voor velen maar 1).duizenden mogelijke gespreksonderwerpen op basis van gemeenschappelijk als dusdanig gekende en gerapporteerde feiten.je kon over het nieuws beginnen zoals over... wakker zien.
er was plezier, het stinkt nog vaagjes naar het bier. ‘geloof
er in’, dat staat net nog leesbaar op het hoofd gegrift. een naam
voorwaar, maar daarvoor was het al te laat. niemandsland.
de dagen tellen de dagen, de uren de uren tot de laatste minuut
aan de seconden begint. en zij? haar heeft het nooit nog gezien.
zij was toen al op het einde van het nu: bedrog, een regenboog.
inputtekst 3/5/2009
