
428 – het vereenzelvigt zich met personen
hexagram 49 – 革 (gé), “Afstropen”
invoer
https://dirkvekemans.be/2018/07/07/harusmuze-20/
commentaar
uiteindelijk, ondanks het uiterlijk vertoon van het ‘gebeurlijke’ taalgebruik (‘vereenzelvigen’ en ‘personen’/’personificaties’ moet je wel lezen als processen, vormen van gebeuren) kom je in het menselijk begrip toch altijd uit op een mortificatie in de taal, een stilleggen van de gedachten tot een virtueel object, waarna ‘voldaan’ het denken verlaten wordt, oplost in gedachteloosheid.
zo is ook het Zijn ontologisch te ‘vatten’ als de identificatie van de differentie, een vernietiging tot het eendere, het entropische rot.
de NKdeEDe Neue Kathedrale des erotischen Elends is een open, anti-elitair en a-commercieel ontwikkelings- en saneringsprogramma dat onderzoek verricht naar hedendaagse vormen van creatieve beleving, de mogelijke functies van de auteur daarin en deelroutines ontwikkelt die voordelig kunnen zijn voor ieders mentale gezondheid. De NKdeE richt zich bij uitstek op het schrijven en het tekenen en het schrift als brug tussen beide creatieve activiteiten. Als programma is de NKdeE zelf een geheel... Bewegingsleer markeert de technische term ‘onverschil’ (een ‘geschil’ dat geen ‘verschil’ ‘is’ of veronderstelt) als poort wèg uit de humane dualiteit, maar het kan er zelf niet doorheen zonder zichzelf op te heffen.
de Gignomenologie kan je dan ook in z’n geheel lezen als een poging tot markeren van die poort, een aanwijzing, meer kan het ook niet ‘zijn’ (sic). de beleving van de ondergang is de enige verlossing van de ondergang.
de houding die de Gignomenologie propageert heeft in die zin ook ewa het heroïsme van de Nietzscheaanse amor fati, want de houding is die van een poortwachter die op elk moment beseft ‘slechts ‘poortwachter’ te zijn, duider van het wak in het verschrikkelijk ijzige Zijn waar al het leven gedoemd is om gekwantificeerd te worden, ontdaan van elke kwaliteitNKdeE taaluiting die de hoedanigheid van een benoemd deelgebeuren inschrijft in de Realiteit. in oppositie met Kwantiteit. Meer van de expressie en te sterven en vervolgens te rotten, de eigen voortgang te voederen in een eeuwige terugkeer van die vereenzelvigingsbeweging, de recursieve creatie van het rot.
maar al die poeha, al dat spuien van meningen en theorieën, vervalt gelukkig ogenblikkelijk in de concrete beleving waarin enkel een troostend begrip aangewezen is, de tederheid die een bewust en consequent volgehouden gebrek aan geweld is, het begrijpen als omarming in het erbarmen, een weigering van de code die ons voortdrijft naar de vernietiging. en dan ontdekken we dat er in onze handen ook een streling leeft die deze onmogelijk geachte weigering in een oogwenk waar kan maken. en die streling blijkt dan het enige gebaar te zijn dat telt zonder dat het ons tot niets ver-telt.
alleen in het moment met elkaar zijn wijik en u. het wijgevoel! herinnert u zich dat nog? toen iedereen in je buurt dezelfde boeken en kranten las, naar dezelfde tv-programma's keek (er waren er maar een stuk of 4 waar je kon naar kijken, voor velen maar 1).duizenden mogelijke gespreksonderwerpen op basis van gemeenschappelijk als dusdanig gekende en gerapporteerde feiten.je kon over het nieuws beginnen zoals over... vrij van de vloek van het Zijn.
–
de HARUSMUZE is een eigentijds orakel, een NKdeEDe Neue Kathedrale des erotischen Elends is een open, anti-elitair en a-commercieel ontwikkelings- en saneringsprogramma dat onderzoek verricht naar hedendaagse vormen van creatieve beleving, de mogelijke functies van de auteur daarin en deelroutines ontwikkelt die voordelig kunnen zijn voor ieders mentale gezondheid. De NKdeE richt zich bij uitstek op het schrijven en het tekenen en het schrift als brug tussen beide creatieve activiteiten. Als programma is de NKdeE zelf een geheel... schrijfprogramma gebaseerd op het Boek der Veranderingen, de I Tjing. het programma heeft 520 (?) orakelspreuken als uitvoer, maar die zijn zelf nog aan verandering onderhevig.
scève
Quoy que ce soit, amour, ou jalousie
Si tenamment en ma pensée encrée:
Je crains tousjours par ceste phrenesie,
Qu’en effect d’elle a aultruy trop n’agrée
Chose par temps, & debvoir consacrée
A mon merite en palme de ma gloire.
Car tout ce mal si celément notoire
Par l’aveuglée, & doubteuse asseurance,
A mon besoing se fait de paour victoire
Avecques mort de ma foible esperance.