Ik lach het buiten uit dat in mij wil
Het reine deel dat leeft van u vernielen:
Mijn leed, uw beeld staat immers eeuwig stil,
Het is van glas & spiegelt onze zielen.
& Wat naar binnen wil beweegt te veel,
Om door te dringen naar mijn deel in u,
Dat in u ik & u in mij tot deel verdeelt
Van een onbreekbaar heel, een wijik en u. het wijgevoel! herinnert u zich dat nog? toen iedereen in je buurt dezelfde boeken en kranten las, naar dezelfde tv-programma's keek (er waren er maar een stuk of 4 waar je kon naar kijken, voor velen maar 1).duizenden mogelijke gespreksonderwerpen op basis van gemeenschappelijk als dusdanig gekende en gerapporteerde feiten.je kon over het nieuws beginnen zoals over..., een kei,
Die op de stranden van de eeuwigheid
Zich naakt ontrolt & duurt: onsterf’lijkheid.