lieveke mijn lieveke de duisternis is daar.
ik tel mijn woorden op, de som is klaar
de helderheid is oogverblindend, alles
zonneklaar. de verbijstering is groot.
een enorme leegte maakt zich zichtbaar
wormen die de wormen vreten, zand
dat in het zand verdwijnt. water dat
geen water is. kronkels in woorden
die niets zeggen, een gebaar van misverstand
onze handen zijn ontoepasselijk, misbaar
in het de heiligheid van het gelijk, snelheid van de tijd
onze zoenen zijn een kus voor nooit, versneld
het onmogelijke is waar: jij & ik bij elkaar
maar dat moet jij doen, ik krijg dat niet gedaan
alles wat ik verwacht is een gebaar. beweging ooit.