voor Bill
Zal ik jou op deze zomerdag met mij vergelijken?
De dag is grijs & scherp, ik haak, verlang naar licht
Ik zie de ratten concorderend vreten aan de lijken
En alles glijdt van nu naar ’t niets waarvoor ik zwicht.
Jij staat dan plots voor mij, je bloesje los, je straalt,
Ik voel hoe ik in jou & jij in mij de hemel zoekt, zo blij
& Ook al zijn wij hier op aard’ van ’t al verdwaald,
Verval is wet, maar deze droom gaat nooit voorbij.
Het schone wil zich bij de dood van ons verschonen
Maar de sleutel daarvan heb ik diep in jou verstopt.
Ook al is de weg verdwenen, dit eeuwig lied blijft tonen
Hoe lijnen lopen in de Tijd, hoe niets ooit ergens stopt.
Zolang het vallen duurt & jij mij vallend ziet,
Zolang is dit ons nu & hier, & jij vergaat dan niet.